zondag 1 november 2015

Grafische partituur refrein Olga en luisteropdracht muziek

 
Inleiding: De opdracht was om een grafische partituur te maken, als je deze bij een al bestaand nummer zou maken mocht je deze ook gelijk gebruiken als luisteropdracht. Hieronder staat mijn partituur. Daarna zou ik een beschrijving van mijn partituur schrijven ter verduidelijking van mijn partituur.


Mijn partituur op het nummer Olga uit Eigen-wijs blz. 346
Uitleg bij mijn partituur: Mijn partituur beeld de Wolga uit omdat deze in mijn liedje voorkomt. In de "Wolga" varen schepen die de inhoud van de partituur aangegeven. Ik denk dit is dan een leuk grafisch element vanuit mijn liedje naar mijn partituur. In deze partituur heb ik de klankeigenschappen toonhoogte, toonduur, toonsterkte en klankkleur toegepast. Ik zal ze per stuk toelichten voor de duidelijkheid van mijn partituur.

Toonhoogte: Door de boten op verschillende hoogtes in de rivier te laten varen heb ik de toonhoogte aangegeven in deze partituur. Ik heb in de partituur drie regels gemaakt, even een verduidelijking daarbij de grote open ruimte aan het einde van de eerste regel is geen rust maar gewoon een ledige ruimte is die niks betekent.

Toonduur: De verschillende lengtes van de boten geven de duur van de muziek aan. Ik heb hier daadwerkelijke centimeters gebruikt zodat ik tonen die dezelfde duur hebben ook hetzelfde aantal centimeter kan geven.

Toonsterkte: Sommige boten hebben een vollere lading dan de andere boten dit geeft de toonsterkte aan. Degene met een met een dikkere bovenkant geven aan dat ze sterker te horen zijn dan de voor mijn gevoel normale toon die gebruikt. Ik vond deze klankeigenschap het moeilijkste te herkennen.

Klankkleur: De klankkleur van de muziek heb ik niet aangegeven in me partituur omdat het word gezongen door een stem en deze heeft één en dezelfde kleur, dus dat is de reden dat deze verder niet aan bod komt in mijn  grafische partituur.


Hoe heb ik mijn grafische partituur gemaakt: Door het liedje meerdere malen te beluisteren heb ik drie kleinere partituren gemaakt die ik later heb samengevoegd. Ik zal hieronder in een paar stappen uitleggen hoe dit gegaan is: Stap 1: Ik heb het liedje eerst twee keer goed beluisterd zodat ik het liedje globaal kende.  Stap 2: Hierna heb ik het liedje een paar keer beluisterd met papier erbij. Al deze keren heb ik op de klankeigenschap toonhoogte gelet. Tijdens het beluisteren heb ik de muziek heb ik heb hem af en toe stop gezet om de toonhoogte van een bepaald stukje op mijn papier uit tekenen. Dit heb ik trouwens ook gedaan tijdens de periode dat het liedje is afgelopen en het opnieuw aanzetten van het liedje. Zo heb ik stukje bij beetje de toonhoogte in kaart gebracht.  Stap 3: In stap drie ben ik bezig geweest met de toonlengte van de muziek dit heb ik op dezelfde manier als bij de toonhoogte in stap twee.  Stap 4: Voor de toonduur heb ik het op dezelfde manier geprobeerd als bij stap 2 en 3 hierdoor kwam ik niet echt verder dus toen heb ik mijn versterker en mengpaneel aangesloten op mijn cd-speler en heb ik door het liedje iets te vertragen een klein beetje duidelijkheid gekregen van welke stukken muziek harder gezongen werden dan de andere.  Stap 5: Doordat ik het liedje iets vertraagd had bij stap vier werd het liedje wat duidelijker en makkelijker te beluisteren dus heb ik met de vertraagde versie stap 2 en stap3 wat nauwkeuriger gemaakt. Stap 6: Bij stap 6 ben ik na gaan denken over de klankkleur maar kwam er al gauw achter dat de klankkleur hetzelfde was omdat ik in deze partituur alleen naar de zang heb gekeken. Stap 7: Hierna heb ik de drie kleinere partituren bij elkaar gevoegd tot een klad versie van me partituur zoals hij hierboven staat. Stap 8: Met de kladversie van stap 7 heb ik naar het liedje gekeken zoals hij in Eigen-wijs staat, hierdoor ben ik nog enige foutjes tegen gekomen die ik verbeterd heb.  Stap 9:  Ben met het karton aan de slag gegaan en heb de "Wolga" gemaakt met de oevers aan de zijkant. hierna heb ik de drie regels erin gezet met daarbij de vijf binnen lijnen om uiteindelijk de schepen op te tekenen. dit was dan ook het volgende wat ik heb gedaan.  Stap 10: Toen ik de bootjes getekend had, kwam ik erachter dat ik op alle regels, behalve het laatste stukje van regel drie, aan de bovenkant twee centimeter over had en bij de onderste oever ook. Daarom heb ik daar bij elke regel een extra strookje gemaakt, waarin ik de tekst zoals dat in het boek Eigen-wijs staat heb geschreven. Als laatste heb ik aan de bovenkant de titel van het liedje gezet en zo was mijn partituur af.    
Gemaakt door Roy Brinksma
Student aan de HU ITT (PABO)
Leerlingnummer: 1677407
Klas: ORTU-VT-1D


Opdracht inzingen van een liedje en een lesvoorbereiding

Inhoud van de opdracht: De bedoeling van deze opdracht was om een liedje in te zingen en daarbij een lesvoorbereiding te schrijven. Voor deze opdracht heb ik het liedje Olga gekozen, dit is een liedje voor groep 7/8.

Het liedje:  

 
De lesvoorbereiding:
 

Oriëntatie: Het begin van de les leg ik uit dat we samen een nieuw liedje gaan instuderen. Daarna doe ik samen met de kinderen een paar stemoefeningen, dit om de stem voor te bereiden op de les die gaat komen, want omdat we een nieuw liedje gaan leren gaan we veel zingen. Hierna zing ik met de kinderen een liedje die ze al kennen.

Uitleg/instructie: Nu is het tijd om te beginnen met het liedje Olga. Ik begin met het liedje voor te zingen en vraag aan de kinderen of iemand van hun dit liedje misschien al kent. Hierna zoek ik het liedje op, op YouTube en laat deze horen aan de kinderen. Hierna vraag ik aan de kinderen wat ze van het liedje vinden en waar het liedje over gaat. Hierna luisteren we het liedje nog een keer.

Aanleerfase:

Couplet:

Nu de leerlingen het liedje een beetje kennen is het tijd om hem daadwerkelijk aan hun te gaan aanleren. Ik deel blaadjes uit met de tekst van het liedje. We beginnen bij het couplet en dan neem ik het eerste gedeelte tot Olga. ik zing dat hele stukje een keer voor. Daarna zing ik de eerste regel de kinderen de tweede en ik de derde tot de leerlingen dit kennen, daarna draaien we het om. De kinderen de eerste, ik de tweede, en de kinderen de derde tot ze het kennen. Hierna laat ik de kinderen het hele eerste gedeelte van het couplet zingen totdat dit goed gaat. Als ze het eerste gedeelte goed kunnen, doe ik precies hetzelfde bij het tweede deel van het couplet als wat ik bij het eerste gedeelte deed. Als ze het tweede gedeelte ook onder de knie hebben laat ik ze na mij het hele couplet zingen.

Refrein:

 Ik begin met de tekst van met jou tot aan spelen. Ik zing deze regel een keer voor en laat de kinderen daarna deze regel zingen. Dit herhaal ik tot ze het kunnen. Daarna doe ik hetzelfde met het stukje vanaf ai tot koud en laat de kinderen het herhalen. Hierna zingen we het gehele refrein samen. Hierna laat ik de kinderen het refrein zelf zingen tot ze het helemaal kennen.

Het hele lied:

Daarna laat ik de kinderen het couplet zingen en daarna zing ik het refrein dit herhaal ik nog twee keer waarna we het omdraaien. Hierna zingen we het hele lied en daarna laat ik de kinderen het hele lied na zingen.

Afsluiting: Als afsluiting vraag ik nog en keer aan de kinderen wat ze van het lied vinden en of ze het vaker zouden willen zingen.
 
 
Gemaakt door Roy Brinksma
Student aan de HU ITT (PABO)
Leerlingnummer: 1677407
Klas: ORTU-VT-1D






Lesvoorbereiding beeldend






1. Onderwijsdoel
Betekenis : Het doel van de les is om het monster van Loch Ness te tekenen. Hierbij is het de bedoeling dat de kinderen de materialen en de techniek zo toepassen dat het monster er eng uit ziet. 
Vorm: Voorafgaand aan de les zou ik de leerlingen duidelijk uitleggen op welke manieren je er iets eng uit laat zien. Ook zou ik de kinderen even aan de slag laten gaan op een wit papiertje met de ecoline en de Oost-Indische inkt zodat de kinderen weten hoe ze hiermee moeten en kunnen werken.
Materiaal/techniek: In deze les maken de kinderengebruik van: ecoline, penselen, papier, potlood, Oost-Indische inkt en een kroontjespen.
Beschouwing: Ik zou allereerst het verhaal van Loch Ness vertellen miss bij een andere les zoals geschiedenis of natuuronderwijs. Hierdoor hebben kinderen het verhaal helder voor zich. Ten tweede zou ik verschillende (eng uitziende) vissen laten zien om de kinderen kennis te laten maken wat er in deze wateren zowel leeft. Als laatste zou ik een mix maken van verschillende enge delen van verschillende vissen en deze in een foto voegen om een eng rivierwezen aan de kinderen te tonen.
Werkwijze: Ik zou een duidelijk stappenplan op het bord schrijven die de kinderen moeten volgen. Hierdoor heb ik overzicht in welke stap de kinderen zich bevinden en de kinderen kunnen gemakkelijk het stappenplan volgen zo vergeten ze niet een onderdeel toe te passen.
Onderzoek: Door ze zelf even te laten aan rommelen met dit materiaal en daarna een paar doelgerichte kleine opdrachtjes te laten om het materiaal en de techniek te oriënteren
 
2. Lesopbouw
Oriëntatie: De kinderen kennis laten maken met de materialen en de technieken die ze gaan gebruiken. Duidelijk maken van de opdracht en wat ik als leraar van de kinderen verwacht
  •  Introductie, ik ga met de kinderen aan de slag met de materialen en de technieken. Door wat kleine opdrachtjes te doen maak ik de kinderen wegwijs met de materialen en herken ik degene die wat meer moeite hebben met deze materialen en technieken zodat ik die later extra kan ondersteunen.
  • Informatie, Ik vertel de kinderen de achtergrond van het meer Loch Ness en laat wat afbeelding zien aan de kinderen om ze bekend te maken met de wezens die in dit soort wateren leven. Hierna vraag ik de kinderen wat een monster eng maak en probeer ik hiermee tijdens de uitleg met door de kinderen aangegeven informatie een eng rivier monster op het beeld te zetten.
  • Instructie, Ik leg de kinderen via het stappenplan uit wat de bedoeling is en wat ik van hen verwacht.
Begeleiding: Ik loop rond door de klas en observeer de kinderen hoe ze te werk gaan als de leerlingen vragen hebben kunnen ze naar me toekomen. Mocht ik zien dat het niet goed gaat met een van de leerlingen schiet ik de kinderen tijdens de mijn observatie rondje te hulp. Als ik eventueel zie dat een grote groep ergens problemen mee heeft dan leg ik even de les stil om dit probleem te bespreken of eventueel samen met de groep klassikaal te doen.  
 
Afronding: Ik bespreek samen met de kinderen hoe het gegaan is waarin het belangrijkste element is van waarom iets goed gegaan is of waarom is iets is mislukt. Ook vind ik belangrijk het belangrijk of de kinderen vinden dat hun monster eng is geworden.
 

Gemaakt door Roy Brinksma
Student aan de HU ITT (PABO)
Leerlingnummer: 1677407
Klas: ORTU-VT-1D